De financiλle analyse is het belangrijkste hoofdstuk van uw ondernemingsplan. In deze analyse komt de verwachte winstgevendheid van uw ondernemingsplan naar voren en wordt duidelijk hoe groot de financieringsbehoefte voor dit plan is. De financiλle analyse maakt u niet alleen voor een financierende bank, maar ook voor uzelf. U voorkomt zodoende dat uw investering van geld en tijd gedoemd is te mislukken.
De verwachte openingsbalans (ook wel oprichtingsbalans genoemd) vormt de basis voor het vaststellen van de langlopende financieringsbehoefte. De benodigde financiering is gelijk aan de totale investeringen minus de eigen inbreng (eigen vermogen). Hieronder is een simpel voorbeeld weergegeven van een oprichtingsbalans zoals deze er uit zou kunnen zien.
Oprichtingsbalans |
||||
Debet | Credit | |||
Inventaris | 30.000 | Eigen vermogen | 10.000 | |
Voorraden | 20.000 | Achtergestelde tante Agaath lening | 10.000 | |
Debiteuren | 0 | Langlopende lening bank | 10.000 | |
Belastingdienst, BTW | 9.500 | Doorlopend krediet | 15.500 | |
Liquide middelen (kas) | 2.000 | Crediteuren | 16.000 | |
Totaal debet | 61.500 | Totaal credit | 61.500 |
Links (debet) staan de bezittingen van de onderneming terwijl rechts (credit) de schulden resteren. Het gaat hier om schulden aan derden (vreemd vermogen) en aan uzelf (eigen vermogen), zodat de balans ook precies in balans is. De aan te leggen voorraden worden in dit geval grotendeels gedekt door de crediteuren (inclusief BTW). De overige posten (voorraden zonder krediet, investering in inventaris, terug te ontvangen BTW, liquide middelen) dienen afgedekt te worden door overig in te brengen vermogen. In bovenstaande voorbeeld zijn daarvoor bedragen opgenomen in de vorm van eigen vermogen, achtergestelde tante Agaath lening, langlopende lening en een doorlopend krediet.
DOORLOPEND KREDIETHet doorlopende krediet is in feite de roodstand op de bankrekening van de onderneming. Alleen het gedeelte van het doorlopende krediet dat op dat moment gebruikt wordt, wordt op de balans weergegeven. In bovenstaande voorbeeld kan het bijvoorbeeld zijn dat uw doorlopende krediet een maximum heeft van 50.000 waarvan slechts 15.500 in eerste instantie wordt gebruikt. Uit de scenarioanalyse/cashflowanalyse zal waarschijnlijk blijken dat uw onderneming over veel meer geld moet kunnen beschikken om de dagelijkse schommelingen op te kunnen vangen (bijvoorbeeld: als uw omzet gaat stijgen nemen de voorraden toe en dus ook de post terug te ontvangen BTW). |
NOODZAKELIJKE INVESTERINGENDe inrichting van het bedrijfspand kan aardig in de papieren lopen, u moet daarbij onder andere denken aan de volgende punten:
|
De financiλle haalbaarheid van uw ondernemingsplan blijkt mede uit de winstverwachtingen. Doormiddel van het maken van een analyse van de te verwachten winst kunt u deze haalbaarheid meten. Dit kunt u doen doormiddel van het (met enige realiteitszin) inschatten van de verschillende posten van uw toekomstige winst- en verliesrekening. Dit doet u niet alleen voor het komende jaar maar voor de komende vijf jaar (de eerste 2 jaar zijn voor veel ondernemers niet winstgevend). Hieronder is een simpel voorbeeld gegeven van de berekening van de winstverwachtingen.
Bruto en netto winstmarge: U begint eerst een inschatting te maken van de omzet en de daarbij behorende inkoopkosten (de bedragen zijn natuurlijk exclusief BTW). Het verschil is de bruto winstmarge, de winstmarge waaruit de exploitatiekosten (alle overige vaste kosten) nog betaald moeten worden. De netto winstmarge berekent u door de bruto winstmarge te verminderen met de exploitatiekosten.
Rente: U heeft nu een idee van de winstgevendheid van uw onderneming, u bent er alleen nog niet! U heeft geld moeten lenen om te kunnen investeren in uw onderneming, ook dit geld moet terugverdient worden. Ten eerste moet u rente betalen over de lening, hetgeen u van uw winst kunt aftrekken. De netto winst na rente vormt de winst op cashflow basis.
Afschrijvingen: De gedane investering zelf komt tot uitdrukking in het bedrag aan afschrijvingen, een bedrag dat u in mindering brengt van uw winst maar wat op zichzelf geen kasstroom is. Normaal gesproken behoort de afschrijving verdeelt te worden over de verschillende jaren waarvoor de investering is gedaan, rekening houdend met de restwaarde. Bent u echter een startende ondernemer, dan heeft u fiscaal gezien het recht om uw investering versneld af te schrijven, hetgeen in onderstaand voorbeeld is weergegeven.
Belastingen: De resterende winst na rente en afschrijvingen vormt de basis voor de belastingheffing. Het berekenen van de te betalen belasting is nog een hele klus en is voor elke situatie weer anders. Bij het onderdeel fiscaal kunt u lezen met welke fiscale faciliteiten (heffingskorting, zelfstandigenaftrek, startersaftrek, investeringsaftrek) en regels u allemaal rekening moet houden. In onderstaand voorbeeld komt duidelijk naar voren wat het voordeel zou kunnen zijn van het versneld afschrijven: u ontvangt dan namelijk een groot gedeelte van de investering terug via de belastingdienst. (Dit is overigens alleen het geval als uw onderneming in box 1 van de IB wordt belast (dus niet voor een BV) en u over de afgelopen 3 jaar voldoende inkomen in box 1 heeft genoten. Later meer daarover.)
Terugverdientijd: De analyse van de winstverwachtingen moet een aardig idee geven van de terugverdientijd van de investering die u voor ogen heeft. In onderstaande geval duurt het minimaal drie jaar voordat u break-even zit, het moment waarna het geld verdienen pas kan gaan beginnen. In deze periode heeft u uw geld terugverdiend en hopelijk een waardevolle onderneming opgezet. U doet er verstandig aan deze gegevens eens te vergelijken met het risicoloos ondernemen (lees: een vaste baan).
Winstverwachtingen |
|||||||
Omschrijving | Jaar 1 | Jaar 2 | Jaar 3 | Jaar 4 | Jaar 5 | ||
Omzet | 200.000 | 300.000 | 400.000 | 450.000 | 500.000 | ||
Inkoop kosten | 110.000 | 160.000 | 200.000 | 225.000 | 250.000 | ||
Bruto winstmarge | 90.000 | 140.000 | 200.000 | 225.000 | 250.000 | ||
Exploitatiekosten | |||||||
Huur/hypotheeklasten/GWE | 60.000 | 62.500 | 65.000 | 67.500 | 70.000 | ||
Personeelskosten | 50.000 | 55.000 | 60.000 | 65.000 | 70.000 | ||
Administratiekosten | 2.500 | 4.000 | 5.000 | 6.000 | 7.000 | ||
Marketingkosten | 10.000 | 10.000 | 10.000 | 10.000 | 10.000 | ||
Overige kosten | 5.000 | 6.000 | 7.000 | 8.500 | 10.000 | ||
Netto winstmarge | -37.500 | * 2.500 | 53.000 | 68.000 | 83.000 | ||
Financieringskosten (rente) | 2.000 | 2.000 | 2.000 | 2.800 | 2.600 | ||
Netto winst na rente | -39.500 | 500 | 51.000 | 65.200 | 80.400 | ||
Afschrijvingen** | 27.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Netto winst na rente/afschrijvingen | -66.500 | 500 | 51.000 | 65.200 | 80.400 | ||
Belastingen | -29.000 | -2.500 | 14.000 | 20.200 | 27.400 | ||
Winst na belastingen | -37.500 | 3.000 | 37.000 | 45.000 | 53.000 |
VOETNOOT* In jaar 2 kan waarschijnlijk geprofiteerd worden van de kleine ondernemersregeling voor de BTW. |
OVERIGE KOSTENIn bovenstaand overzicht zijn een groot aantal structureel terugkerende posten opgenomen zoals de kosten voor het pand, personeelskosten, administratiekosten en marketingkosten). In werkelijkheid heeft u natuurlijk te maken met veel meer kosten zoals transportkosten, verzekeringen, abonnementen, overige belastingen, telefoon/fax/internetkosten, kantoorkosten, werkkleding en nog veel meer. Elke onderneming heeft zo zijn eigen kostenstructuur, bedenk alle voor u relevante kostenposten ter voorkoming van een te rooskleurig beeld van de winstverwachtingen! |
Het moge duidelijk zijn dat uw banksaldo op enig tijdstip wordt bepaald door de in- en uitgaande kasstromen. Zo is het mogelijk dat uw banksaldo ver in het rood staat terwijl de zaken fantastisch gaan. Het zou dan bijzonder vervelend zijn dat u tijdelijk geen goederen meer kunt inkopen als uw banksaldo dat niet meer zou toelaten. Door gebruik te maken van een cashflowanalyse wordt het mogelijk de financieringsbehoefte hier op af te stemmen.
In een cashflowanalyse geeft u gedetailleerd aan wat de te verwachten kasstromen zullen zijn voor de komende maanden, eventueel kwartalen. Hierbij vindt een schatting plaats van alle kasstromen met betrekking tot de omzet, kosten en belastingen. De rente en woonlasten dienen veelal maandelijks vooraf betaald te worden, de crediteuren achteraf, de BTW afrekening per kwartaal achteraf terwijl de belastingafdracht/teruggave ergens halverwege het volgende jaar plaats vindt. In een cashflow analyse moet hier allemaal rekening mee worden gehouden.
In onderstaande voorbeeld van een cashflowanalyse is het voorbeeld verder uitgewerkt. Er wordt begonnen met het beginsaldo van het doorlopend krediet (zie openingsbalans) waarbij alle posten van de betreffende maand worden meegenomen. Het eindsaldo van de maand is vervolgens weer het beginsaldo van de volgende maand. Bedenk dat het hier alleen gaat om kasstromen, de bedragen zijn dus inclusief BTW.
Voor de overzichtelijkheid zijn in dit voorbeeld de exploitatiekosten samengevoegd tot een bedrag. In uw eigen cashflowanalyse doet u er verstandig aan elke omzet- en kostenpost apart te specificeren. Bedenk dat het hier gaat om kasstromen, het staat dus los van de boekdatum in de boekhouding. Een spreadsheet programma kan u van dienst zijn de cashflowanalyse zonder al teveel problemen en rekenfouten te realiseren.
Cashflow analyse (x 1.000) |
||||||||||||||
Omschrijving | jun | jul | aug | sep | okt | nov | dec | jan | feb | mrt | apr | mei | jun | |
Doorl. krediet begin | 15,5 | 31,4 | 38,9 | 34,6 | 36,1 | 41,2 | 40,4 | 41,9 | 45,8 | 50,1 | 49,2 | 51,9 | 59,0 | |
+Omzet (+BTW) | 6 | 10,8 | 14,4 | 19,2 | 20,4 | 21,6 | 22,8 | 24 | 24 | 25,2 | 25,2 | 22 | 22 | |
-Crediteuren | 6 | 3,6 | 6 | 7,2 | 9,6 | 9,6 | 10,8 | 10,8 | 12 | 12 | 12 | 13,2 | 13,2 | |
-Exploitatie kosten | 15,6 | 14,4 | 16,8 | 13,2 | 15,6 | 14,4 | 13,2 | 16,8 | 15 | 12 | 15,6 | 14,4 | 18 | |
-Rente/aflossing | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 | |
-BTW afdracht | 0 | 0 | +13 | 0 | 0 | +3,5 | 0 | 0 | 1** | 0 | 0 | 1,2 | 0 | |
-IB/VPB | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | +24* | |
Doorl. krediet eind | 31,4 | 38,9 | 34,6 | 36,1 | 41,2 | 40,4 | 41,9 | 45.8 | 50,1 | 49,2 | 51,9 | 59,0 | 44,5 |
VOETNOOT* De belastingteruggave (verliesverrekening) wijkt af van hetgeen in de
winstverwachtingen staat aangegeven omdat er hier sprake is van een half jaar
productie, de belastingdienst werkt echter met kalenderjaren. Heeft u te maken
met een BV dan
kunt u overigens niet profiteren van de verliesverrekening in de IB. U moet er
rekening mee houden dat de verliesverrekening langer op zich kan laten
wachten. U kunt echter wel tijdig een verzoekschrift indienen om alvast
gedeeltelijk uit te laten betalen. |
CASHFLOWANALYSE IS VAN GROOT BELANGHet moge duidelijk zijn dat de weergegeven financiering in de openingsbalans niet voldoende is om uw bedrijf het eerste jaar door te laten komen. In dit geval blijkt uit de cashflowanalyse dat er al snel een doorlopend krediet van 60.000 noodzakelijk is voordat er weer een beetje ruimte in de bankrekening komt! Bij menig startende ondernemer is dit de praktijk van elke dag, in de beginjaren (met veel groei) wordt er veelal continu gebruik gemaakt van het maximum aan doorlopend krediet. Dat toont ook meteen het belang van een gedegen cashflowanalyse aan. |
WAT DOET DE BANK MET UW CIJFERS?De bank neemt de cijfers uit de financiλle analyse over in een computermodel. Zitten er fouten in deze analyse dan komen ze onherroepelijk naar voren. Zorg dus voor een eenduidig en logisch verband. Bent u niet helemaal zeker van uw zaak laat uw cijfers dan opstellen/controleren door een financieel specialist, bij voorkeur uw accountant. |
Bedenk dat veel startende ondernemers uit opportunisme en onwetendheid hun omzet te hoog en hun kosten te laag inschatten, zeker voor de eerste jaren. Het is van groot belang dat u een scenarioanalyse maakt van de winstverwachtingen. Wat gebeurt er als de omzet meevalt? En belangrijker: wat gebeurt er als de omzet daalt of de kosten hoger dan verwacht zijn? Is de financiλle ruimte op het doorlopend krediet voldoende om de grote schommelingen op te kunnen vangen bij een meevallende dan wel tegenvallende resultaten? Hoe gaan tegenvallers opgevangen worden? Kan er flexibel gesneden worden in overhead kosten (personeel) bij lagere omzetten?
Een dergelijke scenarioanalyse is heel goed te maken in een spreadsheet. Maak daarin een model met daarin de financiλle gegevens zoals u ze reeds heeft opgesteld. Varieer een aantal variabelen en analyseer wat er gebeurt met de cijfers onder de dikke streep, dit kunt u doen voor zowel de winstverwachtingen als voor de cashflowanalyse. Het opstellen van een scenarioanalyse kost wat extra tijd maar is zeker de moeite waard. De financierende bank zal erg blij zijn als u vooraf ook aan deze situaties denkt en uw strategie aan kunt passen.
In de financieringsbehoefte wordt uiteengezet hoeveel investeringen er gedaan moeten worden om het ondernemingsplan te realiseren. De financiering kan worden opgesplitst in een aantal onderdelen waaronder een eigen inbreng, langlopende schuld, leverancierskrediet, doorlopend krediet en zelfs een bankgarantie. De berekening moet goed doordacht zijn, als u teveel vraagt wordt u namelijk de deur gewezen, is het te weinig dan komt u ongetwijfeld in problemen.
Langlopende leningen: Uit de oprichtingsbalans kan grofweg de benodigde lening achterhaald worden. In het voorgaande voorbeeld betekent dat een financiering voor de inventaris van 30.000. Deze investering kan voor 20.000 gedekt worden met eigen vermogen (ook een tante Agaath lening wordt door de bank gezien als eigen vermogen vanwege het achtergestelde karakter). Voor het restant is een langlopende lening noodzakelijk. In dit voorbeeld worden de voorraden gedeeltelijk gefinancierd door een (korte termijn) leverancierskrediet (crediteuren).
Doorlopend krediet: Het restant van de benodigde financiering wordt meestal gedekt door een doorlopend krediet, in dit geval voor een bedrag van 15.500. Zoals echter uit de cashflow analyse bleek is dit bedrag zelfs niet voldoende om de onderneming de eerste maand door te laten komen, daarvoor is minimaal een doorlopend krediet van 60.000 noodzakelijk. Op basis van de scenarioanalyse is het waarschijnlijk verstandig om dit bedrag iets te verhogen.
ONDERHANDEL MET DE BANKU doet er verstandig aan bij de bank waar mogelijk iets hoger in te zetten: probeer een hogere langlopende lening en een lager doorlopend krediet af te sluiten. Een langlopende leningen geeft u iets meer flexibiliteit en is tevens goedkoper. |
Bankgarantie: De financieringsbehoefte is hiermee echter nog niet compleet. Het kan zijn dat er partijen zijn (verhuurder, leveranciers) die een bankgarantie wensen voor het risico dat ze lopen. In bovenstaand voorbeeld kan er bijvoorbeeld sprake zijn van een bankgarantie van 3 maanden huur: 1.500. Sommige verhuurders eisen voor starters zelfs 6 maanden garantie. Probeer dit doormiddel van onderhandelen zoveel mogelijk te voorkomen, want ook het afgeven van een bankgarantie kost geld en verhoogt uw risico!
Onderpand: Bedenk dat elke uitgegeven euro zichzelf weer terug moet verdienen. Aangezien er veel geld gemoeid is met uw ondernemingsplan terwijl er nog geen cent verdiend is maakt de bank natuurlijk wat voorzichtig. De bank beoordeelt uw ondernemingsdrang en hoeveel geld u bereid bent in uw eigen onderneming te steken. Voor de bank is dit echter niet altijd voldoende, en wenst meer zekerheid doormiddel van een onderpand, met name als er sprake is van een BV maar ook voor een eenmanszaakje. Het gaat hier in eerste instantie natuurlijk altijd om de inventaris en voorraden maar het kan ook gaan om uw aandelenportefeuille of de overwaarde in uw eigen huis.
OPBOUW GOODWILLVergeet niet dat een onderneming met een behoorlijke omzet zonder winst toch een economische waarde vertegenwoordigd! Ook de opgebouwde goodwill heeft namelijk een economische waarde! U heeft de mogelijkheid de onderneming winstgevender te maken of men kan proberen de onderneming voor een lucratief bedrag te verkopen. |
PRIVΙ VERPLICHTINGENVergeet niet de verplichtingen in de privι sfeer te vermelden (woonlasten, leningen, etc), deze kosten lopen immers ook door. Het is veelal verstandig om in de eerste jaren na de start niet afhankelijk te zijn van de inkomsten van de onderneming. Het inkomen van uw partner kan daarbij een belangrijke rol spelen. |
NOG STEEDS DE MOEITE WAARD?Stel uzelf de vraag of de geschatte resterende winst en de overige secundaire voordelen de moeite waard zijn. Vergelijk het uiteindelijke bedrag onder de streep met een normaal salaris (met overuren) voor iemand met uw ervaring en opleidingsniveau. Bedenk daarbij dat u weliswaar een geheel nieuwe onderneming opbouwt waardoor u goodwill opbouwt, deze moet u echter wel kunnen verzilveren! Stel uzelf vervolgens de vraag of het wel de moeite waard is om uw zorgeloze leven op te geven. |
ZELF ANALYSENa verloop van tijd kunt u de werkelijk behaalde resultaten naast de eerder gestelde doelstellingen in het ondernemingsplan leggen en analyseren wat er goed en fout is gegaan. |
Copyright © 2001-2017 - Het gebruik van de informatie op deze website is voor eigen risico